IUI (Intra Uteriene inseminatie)
Wat is IUI?
Een IUI-behandeling is een vorm van kunstmatige inseminatie. Bij deze behandeling worden de beste zaadcellen geselecteerd en rechtstreeks in de baarmoederholte gebracht. De zaadcellen zijn dan dichter bij de plaats van bevruchting.
Voor wie is IUI?
We doen dit bijvoorbeeld als de zaadcellen van mindere kwaliteit zijn of als er weinig zaadcellen zijn. Ook als de oorzaak voor het uitblijven van een zwangerschap onbekend is of bij verminderde kwaliteit van het slijm in de baarmoedermond, kan er voor IUI gekozen worden.
Kans op zwangerschap bij IUI
Gemiddeld doen we per stel 3 tot 6 IUI-behandelingen. Na 6 behandelingen is 20-35% van de paren zwanger. Als je na 6 behandelingen niet zwanger bent, zal de arts met je bespreken wat de volgende stap zal zijn, bijvoorbeeld IVF.
Timing IUI
Bij IUI is een goede timing van belang, omdat de kans op een zwangerschap het hoogst is als IUI wordt uitgevoerd in de vruchtbare periode, dichtbij de dag van de eisprong (ovulatie berekenen).
Regelmatig wordt de IUI-behandeling ondersteund met hormonale stimulatie in tabletvorm (Clomid) of via een injectie (gonadotrofinen: FSH of hMG). Het injecteren kun je zelf leren.
Sperma en IUI
Sperma bestaat voor het grootste gedeelte uit vloeistof waarin zich de zaadcellen bevinden. Voor de inseminatie zijn alleen de zaadcellen nodig; deze worden gescheiden in het laboratorium van de vloeistof. Hierbij blijven de beste zaadcellen over. Deze bewerking duurt ongeveer één uur. IUI is alleen zinvol als er na bewerking meer dan 1 miljoen beweeglijke zaadcellen zijn overgebleven.
Om de beste opbrengst aan zaadcellen te krijgen, is het verstandig om gedurende minimaal twee en maximaal zeven dagen voor de IUI geen zaadlozing te hebben. Op de dag van de IUI moet de man door masturbatie sperma opwekken. Dit kan thuis of op de poli gynaecologie. Je mag geen condoom gebruiken. Gebruik altijd een potje. Belangrijk is dat de tijdsduur tussen productie en inseminatie zo kort mogelijk is. De kans op zwangerschap wordt dan groter. Een uur na het inleveren van het sperma vindt de inseminatie plaats.
Hoe verloopt de inseminatie?
In de behandelkamer (op de poli gynaecologie) ga je in de behandelstoel zitten. De arts of verpleegkundige brengt een speculum (spreider, eendenbek) bij je in om je baarmoedermond beter te kunnen zien. Daarna gebruikt hij/zij een dun slangetje om het zaad in de baarmoederholte te brengen. Meestal heb je hierbij geen pijn, je kunt soms een beetje last hebben van kramp in de onderbuik. Hierna mag je meteen weer naar huis.
Na de IUI-behandeling
Na de IUI zijn er geen dingen die je niet mag doen. Wanneer je niet zwanger bent geworden, word je 12 tot 14 dagen na de behandeling ongesteld. Word je niet ongesteld? Dan mag je na ongeveer drie weken na de dag van de IUI-behandeling een zwangerschapstest doen.
Bijwerkingen en complicaties bij IUI
Bij een IUI-behandeling komen bijwerkingen en complicaties vooral voor bij het gebruik van hormonen, dus in de gestimuleerde cyclus.
Er is een heel kleine kans op een ontsteking. Krijg je koorts (hoger dan 38 graden), buikpijn of afscheiding die anders is dan normaal? Neem dan contact met ons op. Het kan gebeuren dat er door het hormoongebruik meer dan één eiblaasje groeit. Dat controleren we met een echo. Groeien er inderdaad te veel eiblaasjes? Dan zal de arts je afraden om in die cyclus zwanger te raken. Er is een kans op een meerlingzwangerschap. Hormonen tijdens de IUI-behandeling geven soms bijwerkingen, zoals vocht vasthouden, misselijk zijn en stemmingswisselingen.