Domme pech, maar we doen het samen: een puberleven met diabetes
Een puber die na schooltijd de keukenkastjes opentrekt voor wat lekkers en daarbij een pak drinken leegdrinkt is voor de meeste moeders niet vreemd. Hier keek Ingrid, moeder van de destijds 13-jarige Dennis, normaal gesproken dus ook niet gek van op. Toen ze haar kinderen bij thuiskomst kibbelend aantrof over wie toch al het drinken had opgedronken - en ze hadden aardig wat in huis - gingen er toch wel wat alarmbellen af. Zo’n dorst? Het bleek een signaal te zijn van diabetes. Ingrid en Dennis stonden de volgende dag op de stoep bij Tjongerschans.
“Het begon eigenlijk al een maand of drie daarvoor met een melding van school dat Dennis het bord niet goed kon lezen” vertelt Ingrid. “De opticien concludeerde na een oogmeting dat Dennis inderdaad slecht zicht had. Dus kreeg hij een bril en leek het daarmee opgelost. Tot dus die bewuste middag dat Dennis aangaf zo’n ontzettende dorst te hebben. Hij voelde zich al vaker niet lekker, hangerig, viel veel af en groeide hard. Maar ja, een groeispurt op die leeftijd is niet gek. Mijn man is diabeet en hij stelde voor om Dennis’ bloedsuiker te meten.” Die meting bleek onmeetbaar hoog. “Handen goed wassen, misschien zat er nog wat suiker op, en nogmaals meten. Die meting was met 30 erg hoog. Dit zou rond de 6 moeten zijn.” Ingrid besloot de volgende ochtend direct de huisarts te bellen.
"Je staat er niet alleen voor, we doen dit met elkaar."
Domme pech
Dennis moest een tas inpakken en voor opname naar Tjongerschans. “Het is een rustige jongen, hij liet het over zich heenkomen. We denken thuis altijd in mogelijkheden. Deze positieve instelling heeft hem vast geholpen.” In het ziekenhuis troffen ze dokter Bakker, kinderarts. “We zijn heel fijn en rustig ontvangen, een warm onthaal. De arts sprak rechtstreeks met Dennis, gewoon zittend op zijn bed en niet vanachter een bureau. Duidelijk en op een prettige manier legde hij de situatie uit: ‘Hier kan je niks aan doen, het is gewoon domme pech. Maar je staat er niet alleen voor, we doen dit met elkaar.’ Die betrokkenheid voelde voor ons heel prettig.”
Dennis is twee dagen in het ziekenhuis gebleven. Zijn oude buurvrouw, verpleegkundige Klaske, leerde hem hoe hij zijn bloedsuiker moest meten en insuline spuiten. De diabetesverpleegkundigen Jolanda en Bea gaven hem uitleg over voeding en het daarop aanpassen van zijn insuline. Hij had zijn eigen kamer met een extra bed, zodat zijn vader bij hem kon slapen. “Pap heeft ook diabetes en wist hoe ik me voelde, daarom vond ik het fijn dat hij ‘s nachts bij mij kon zijn. Het prikken vond ik niet zo lastig. En gelukkig kan ik goed rekenen, dat is wel belangrijk als je zelf moet uitrekenen hoeveel insuline je nodig hebt.” Toen was het tijd om naar huis te gaan. Er was een hoop gebeurd in korte tijd. Met welk gevoel vertrok Ingrid? “Durven jullie het aan? Vroegen ze toen we we weer naar huis gingen. Maar we vertrokken met een goed gevoel. Er staat een team vanuit Tjongerschans 24/7 voor ons klaar, we kunnen altijd bellen.”
Gloednieuwe telefoon
Dennis hoeft inmiddels niet meer bloed te prikken, maar heeft een sensor in zijn arm waarmee hij via een app kan zien hoe zijn waardes zijn. “‘Deze app werkte niet op zijn oude telefoon, dus kreeg hij een nieuwe. Dat vond hij natuurlijk fantastisch!” lacht Ingrid. “Hij hoeft zijn telefoon in de klas niet in te leveren. Het is belangrijk dat hij te allen tijde zelf zijn waardes kan bekijken en voor ons bereikbaar is, zijn vader en ik krijgen namelijk een melding van de sensor als zijn waardes te veel afwijken.”
Honeymoonfase
“Hij zit in de honeymoonfase. Dat wil zeggen dat zijn alvleesklier nog wel iets doet, maar dat zal uiteindelijk stoppen. Dan zal hij meer insuline moeten spuiten. Hij heeft het goed onder controle en kan gewoon nog lekker een gebakje eten, als hij zijn insuline er maar op aanpast. Al kopen we ook wel suikervrij. Op sommige dagen krijgt hij zijn waardes niet stabiel, dat is dan vervelend. Maar dokter Bakker heeft uitgelegd dat je er niet altijd schuld aan hebt. Soms is het gewoon zo.” Hij is nog in de groei en dat speelt mee, maar ook een simpele verkoudheid kan invloed hebben. Maar het is fijn dat Dennis zonder al te veel aanpassingen zijn ding kan doen. “Ik volg een agrarische opleiding en vind techniek hartstikke leuk. Zo heb ik een auto gekocht voor 100 euro en heb deze na wat knutselen weer rijdend gekregen,” vertelt hij stralend. “Dennis is een handige jongen. Is er iets kapot in huis dan is hij een goede hulp - hij haalt zo de grasmaaier uit elkaar. Naast de auto heeft hij een bootje waar hij veel tijd aan besteedt. Onderdelen bestellen, opknappen, poetsen. Hij is altijd lekker in de weer.”
"Het leven met diabetes hoeft je gelukkig niet tegen te houden om te doen waar je blij van wordt"
Op afstand dichtbij
Dennis moet nog wel eens voor controle naar het ziekenhuis. “We vinden de aanpak bij Tjongerschans heel persoonlijk. Ze vragen niet alleen naar hoe het gaat, maar ook naar zijn kamp waar hij de vorige keer over vertelde. Naast de controles houden ze op afstand een oogje in het zeil. Rond oud & nieuw waren zijn waardes hoog en kregen we een berichtje of hij misschien lekker aan het genieten was van een paar oliebollen. We doen het echt met elkaar.”
Dennis is een positieve jongen die volop in het leven staat. Staat hij het ene moment een grasmaaier uit elkaar te halen, is hij een ander moment aan het spelen met zijn grote vriend: hond Rex. En op zijn stagebedrijf stort hij zich op het leren wrappen van auto’s. “Het leven met diabetes hoeft je gelukkig niet tegen te houden om te doen waar je blij van wordt. Dennis is daar een fantastisch voorbeeld van. Vraag je hem hoe het gaat, dan steekt hij altijd vrolijk een duim in de lucht. We zijn hartstikke trots op hem.”